Consumentenveiligheid is een van de belangrijkste zaken voor jong en oud. Daarom hanteert de Europese Commissie, het dagelijks bestuur van de Europese Unie (EU), de stelregel dat elk product binnen Europa veilig moet zijn voor haar burgers. Om deze regel waar te maken, werden vorig jaar bijna 2500 gevaarlijke producten, gaande van speelgoed tot alle mogelijke gebruiksgoederen en zelfs motorvoertuigen, zonder pardon van de Europese markt verwijderd.
Tegen gevaarlijke producten uit derde landen, zoals China, treedt de Europese Unie streng op. Dat de EU met deze maatregel de consumentenveiligheid bewaakt, kan moeilijk bezwaarlijk genoemd worden. Zero tolerantie is op dit vlak dan ook op zijn plaats, meent columnist Jan Schils. Maar doet ze dat ook op haar thuismarkt met eigen producten?
Hand in eigen boezem
Binnen de Europese Unie circuleren nog steeds gevaarlijke tot dodelijke producten, waar men niet tegen optreedtWanneer het om het eigen grondgebied gaat, is het EU-beleid lang niet zo consequent. In de 28 lidstaten en binnen de intra-Europese handel circuleren nog altijd ongehinderd gevaarlijke tot zeer gevaarlijke en op termijn zelfs vaak dodelijke producten, waartegen niet resoluut wordt opgetreden. De belangrijkste reden voor dit lankmoedige optreden, is dat men de concurrentie tussen de economische sterkere en zwakkere lidstaten niet ten laste van deze laatste zwakke broertjes wil bemoeilijken. Toch zou dat niet mogen, wanneer de EU beweert de consumenten optimaal te willen beschermen.
Denk bijvoorbeeld aan de emissies in de industrie (chemie) en aan de landbouw (bijvoorbeeld het kwistig gebruik van pesticiden, antibiotica en de nitraatvervuiling van grond en water door de veestapel). Om nog maar te zwijgen over het regelrechte gif (fijn stof, CO2) dat het verkeer dagelijks uitstoot. Natuurlijk bestaan er op deze gebieden wettelijke regionale, nationale en Europese regels, maar die blijken al jaren de problemen niet volledig te kunnen oplossen.
Artikel via seniorennet.be
Geen opmerkingen:
Een reactie posten