The New York Times praatte met een aantal jezidi-tieners die op de IS-slavenmarkten verkocht waren, of die bij hun gevangenname door IS-strijders verkracht waren. De jongste was 12 op het moment van haar eerste verkrachting.
De toen 12-jarige, volgens de krant nu nog altijd heel tenger, getuigt dat haar verkrachter haar eerst uitlegde waarom wat hij deed geen zonde was. Omdat ze een andere godsdienst aanhing dan de islam, gaf de Koran hem niet alleen het recht haar te verkrachten - de godsdienst stond het toe en moedigde het aan, zo vertelde hij haar.
"Hij bond haar handen vast en snoerde haar de mond. Dan knielde hij naast haar neer en bad hij". Vervolgens begon de verkrachting. Na afloop bad hij opnieuw.
Andere jezidi-meisjes geven los van mekaar een gelijkaardig relaas. Er gaat vaak een theologisch betoog met gebed vooraf aan de verkrachting.
"Ik bleef hem maar zeggen dat het pijn deed", aldus de jonge tiener, "Houd alstublieft op. Hij vertelde me dat hij in de islam het recht had een niet-gelovige te verkrachten. Hij zei dat hij door me te verkrachten dichter kwam bij God."
Na 11 maanden gevangenschap wist ze te ontsnappen.
Halal verkrachting
De krant laat ook een 15-jarig jezidi-meisje aan het woord dat aan de berg Sinjar gevangengenomen was. Ze werd verkocht aan een Iraakse IS-militant van in de twintig. "Hij bad elke keer als hij me kwam verkrachten. Hij bleef me maar vertellen dat dit ibadah was". 'Ibadah' is een begrip dat onder meer eredienst inhoudt. "Hij zei dat me verkrachten zijn gebed tot God was. Ik zei hem: 'Wat je met me doet, is verkeerd, en het zal je niet dichter bij God brengen'. Hij zei: 'Neen, het is toegelaten. Het is halal'."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten